Generatie 01 t/m 03

GENERATIE  01               1400 – 1460

De veertiende eeuw wordt vooral gekenmerkt door de vele schermutselingen en oorlogen tussen de hertogen van Brabant en Gelderland. De bevolking heeft hieronder erg te lijden. In 1372 worden in St.Oedenrode en omgeving veel huizen in de as gelegd en in 1388 vindt brandstichting, verwoesting en plundering plaats in Oisterwijk, Hilvarenbeek, Oirschot, Boxtel en Moergestel. In Eindhoven en omgeving wordt in 1397 geroofd en geplunderd. In 1425 en 1426 zijn de levensmiddelen zodanig schaars dat grote duurte en hongersnood het gevolg zijn. Veel mensen komen om het leven.

In deze tijd wordt in den Bosch de volgende akte geregistreerd:

akte uit 1425 mbt Henrick Santengoeds
’s Hertogenbosch R.A.1197 f.58r 20 december 1425

“…. domo, area et orto ac hereditate cum coadiacendum quondam Joh. Petri, sito in prochia de Rode ad loco dicto Houthem inter hereditate Henrici Santengoeds, olim conventus de Porta Celi ex uno, et inter hereditate Godefridi filii quondam Johannis Akeren ex alio, tendens ab hereditate Henrici Oeswijc ad communitate ut dicitur…. “

Het betreft de overdracht van (vertaling):
‘…. huis, hof, hofstad en erfenissen daar omheen liggende van wijlen Jan Peters, gelegen in de parochie Rode ter plaatse genoemd Houtem, tussen erfenisse Henrick Santengoeds, eertijds het convent van de Poort des Hemels, aan d’een zijde en tussen erfenisse Goyaert zoon wijlen Jan Akeren aan d’ander zijde, strekkende van erfenisse Henrick van Oeswijc tot het gemeynt genaamd …..’

Het blijkt dus dat ene Henrick Santengoeds in 1425 land bezat in Houtem onder St.Oedenrode.

In deze late Middeleeuwen spelen ook de belastingen al een rol. Een verandering en verhoging van de bede (belasting) in stad en meierij van den Bosch moet in 1434 door de hertog met geweld worden doorgevoerd. In hetzelfde jaar ontstaat een geweldige duurte en hongersnood in de Meierij, die zo lang aanhoudt dat in 1436 nog mensen van honger omkomen. De daaropvolgende jaren valt er zodanig veel regen dat de oogsten minder opleveren. Tot overmaat van ramp breekt in 1439 de pest uit, welke vier jaar aanhoudt en zeer veel mensen in het graf brengt. De bevolking van Den Bosch vermindert zo sterk dat het gras op de straten even welig groeit als in een weiland.

In 1454 heeft de Meierij veel te lijden van een aantal rovers die onder de naam “moordbranders” de ingezetenen brandschatten en bij wanbetaling hun huizen in brand staken. Met veel moeite en de medewerking van de gehele bevolking slaagt men er tenslotte in hen uit te roeien.

De naam Henrick Santegoets komt vervolgens voor in een akte die in 1455 in Den Bosch werd opgetekend waarin Mathias zoon van Walter vanden Meey vee en goederen overdraagt aan Lucas van den Borne voor hemzelf en voor Henrick genaamd Santegoets:

akte 1455 mbt Henrick Santengoets
’s Hertogenbosch R.A.1225 f. 404v 21 mei 1455

‘ Mathias filius quondam Walteri vanden Meey questiosas suas bestias bone monete et pertor havelike guede vocata ubicumque locorum consistentia ac exponendum ut dicitur legitime supportavit Luce vanden Borne ad opus sui et ad opus Henrici dicti Santegoets promittens super omnia habenda sua. Testes Steewich et ..pel..  . Datum xxi may quarta  cum exaudi

Een plaatsnaam wordt in de akte niet genoemd. Het is niet absoluut zeker of deze Henrick dezelfde is als degene die in de vorige akte werd genoemd. De naam Santegoets komt echter zo weinig voor in deze tijd dat de veronderstelling dat het hier dezelfde persoon betreft niet geheel ongegrond is.

Hoe het ook zij, de oudst bekende Santegoeds is een Henrick waarop de volgende gegevens van toepassing zijn:

01.a1 HENRICK SANTEGOEDS

Geboren: rond 1400 , overleden:  rond 1460.
Gehuwd met: ..??
Kinderen:
02.a1   Henrick,  geboren rond 1430

Bezat grond in St. Oedenrode. Het overlijden van Henrick heeft in ieder geval plaats gevonden v66r 1485, want in dat jaar wordt ene Henrick de zoon genoemd van wijlen Henrick Santegods.

GENERATIE 02 1430 – 1490

In 1463 worden in Den Bosch 4000 huizen door een grote brand verwoest  Dit heeft tot gevolg dat het maken van daken van stro of riet wordt verboden. Voor het aanleggen van een leien dak krijgt men 40 stuiver per roede vergoed, voor een tegelen dak (dakpannen) 24 stuiver. Ook de geestelijkheid moet zich aan deze voorschriften onderwerpen.

02.a1   HENRICK SANTEGODS

02.a1   HENRICK SANTEGODS zoon van Henrick   01.a1

Geboren: rond 1430 , overleden : rond 1490
Gehuwd met: Jutta Scutkens
Kinderen:
03.a1   Michiel , geboren rond 1465
03.a2   Willem ,  geboren rond 1470
03.a3   Hillegonda , geboren rond 1472. Behalve een vermelding in 1498 (zie hieronder) is er niets over Hillegonda bekend.
Woonde in Boxtel / Liempde

Wat de wetenswaardigheden van deze Henrick betreft kunnen wij aanvangen met het jaar 1483. Over dit jaar is namelijk bekend dat de zomer zodanig onguur was, dat het koren niet wilde rijpen. De gevolgen daarvan zullen voor hem ook niet ongemerkt voorbij zijn gegaan. Twee jaar later wordt Henrick genoemd in een akte welke als volgt luidt:

akte uit 1485 mbt henrick zoon wijlen Henrick Santegods
’s Hertogenbosch R.A.1255 f. 85 10 februari 1485

‘ Jacobus filius quondam Theodori vanden Heyden, Henricus Santegods filius quondam Henrici et Jordanus Vos filius quondam Godefridi promittunt super omnia et habenda Nicola filio quondam Johannis vanden Steghe viginti septem et dimidium peters, xviii st. vel valorum pro quolibet ……… ad Virginem proximo future persolvere. Testes Erpe et Hynen. Datum supra (xa februari).
Vertaling:
‘Jacop zoon van wijlen Theodoor van den Heyden, Henrick Santegods zoon van wijlen Henrick en Joorden Vos zoon van Godefridus, beloven met al hun goederen als onderpand aan Nicolaas zoon van wijlen Jan vanden Steghe 27½ peters ter waarde van 18 stuiver of de gangbare waarde, af te lossen op de eerstvolgende feestdag van de Heilige Maagd.’
Een plaatsnaam wordt in deze akte niet genoemd

Het eind van de tachtiger en het begin van de negentiger jaren zijn voor de bevolking niet al te best. De oorlog en een natte herfst hebben een sterke stijging van de prijzen tot gevolg. Rond deze tijd is Henrick overleden, want in een akte van 1498 staat het volgende vermeld (samenvatting) :
‘ Jutta Scutkens, weduwe van wijlen Henrick zoon van wijlen Henrick Santegoets alias van Esp, geeft het vruchtgebruik van haar bezittingen in de parochie Liemde aan haar zonen Michiel en Willem en haar dochter Hillegonda, welke gehuwd is met Herman zoon van Henrick Brant. Verder wordt door de hele familie overgedragen aan Meester Henrick zoon wijlen Wouter Eyckmans, de stukken land genoemd ‘den Ouden Stall’, ‘den Achter Heesacker’, ‘de Regendonk’ en enkele stukken weiland, alle gelegen in de parochie Boextel in het rechtsgebied van Lyemde.

akte uit 1498
’s Hertogenbosch  R.A.1266,   f. 404          12 september 1498

Allereerst blijkt hieruit dat Jutta weduwe is, dus Henrick is overleden. Merk op dat in de tekst oorspronkelijk stond ‘Henrick van Esp’, waarna ‘zoon van Henrick Santegoets alias’ werd tussen gevoegd (zie afbeelding hierboven). Hieruit valt op te maken dat hij, vóór zijn vestiging in Liemde, in Esp gewoond heeft. In Brabant komen twee gehuchten Esp voor : een bij Bakel en het ander tussen Son en Woensel (bij Eindhoven). De laatste mogelijkheid ligt het meest voor de hand.

Het heeft dus niet veel gescheeld of wij hadden “van Esp” geheten in plaats van “Santegoeds”.

GENERATIE  03               1465 – 1540

03.a1 MICHIEL SANTEGOETS 
03.a2 WILLEM SANTEGOETS

Bent u geïnteresseerd in de omstandigheden waarin deze generatie leefde? Was er oorlog of vrede, waren er plunderingen, gijzelingen, verplichtingen? Klik dan hier.

03.a1 MICHIEL SANTEGOETS

03.a1 MICHIEL SANTEGOETS zoon van Henrick   02.a1

Geboren: rond 1465 , overleden: rond 1525.
Gehuwd met: Lysbet Reyners Guldemans en later met Machtelt Jan Jacops
Kinderen:
04.a1   Aryaen,  geboren rond 1490
04.a2    Pauwel,  geboren rond 1495

Michiel komt voor in de genoemde akte van 1498 en in dat zelfde jaar in een Nederlandstalige akte uit Boxtel , welke luidt:
‘ Michiel Santegoets als momber Lysbetten syns wyfs, dochter quondam
Reyners Guldemans, ende heeft vercoft Lambrecht zynen swager Reynerssoon
syn versterff etc. in hegen etc. ende commer van zinen twege aff te doen.
Testes Engbert ende Willem, 3 februarii, ende Willem Laureyssoon ‘

akte uit 1498 Boxtel
Boxtel R.A.57, f.46          3 februari 1498

Om het moeilijk te maken wordt Michiel Santegoets in 1504 genoemd als ‘man ende momber van Machtelen, dochter Jan Jacops’. Met de verwanten van zijn vrouw belooft hij, dat na de dood van het echtpaar Peters – Brawers (kennelijk familie van zijn vrouw), zij geen bezittingen zullen verdelen of weghalen.(1) De zin welke hier gedeeltelijk is aangehaald is in zijn geheel echter onjuist; het lijkt wel of er abusievelijk een deel uit is weggelaten. Het is daarom niet geheel zeker of de genoemde dame inderdaad zijn echtgenote was.


(1) Boxtel R.A. 58 f. 13

03.a2 WILLEM SANTEGOETS

03.a2 WILLEM SANTEGOETS zoon van Henrick   02.a1

Geboren: rond 1470 ,  overleden : na 1536.
Gehuwd met: Lysbet, dochter van Art Herman Appelen.
Kinderen:
04.b1   Henrick,  geboren rond 1497
Woonde in Boxtel.

Willem is in zijn leven zodanig actief geweest, dat in ongeveer 30 akten zijn naam wordt genoemd. Na de genoemde akte van 1498, welke betrekking heeft op Liemde, komt zijn naam in 1505 voor in Boxtel. Hij koopt dan van Goyaert Dierckx vander Ahoerst 1:
een huys, hofstat, hof mytte erfenis hem aenliggende en toebehorende, gelegen in de prochie van Boxtel tot Onrode’ en verder ‘de Ralfsacker, drie stuxken land, een stuck land geheyte: de Streepe, idem geheyte: den Dorenacker, een beemt en nog een beemt: den Swarte Poel, alles aldaar gelegen. In Elle (nu Gemonde) nog eene buender en een veldeke geheyte de Coppenhoeve.

Op deze goederen rusten de volgende lasten:
– aan de heer van Boxtel: 15 stuiver, 5 hoenders en een half tiend hooi,
– aan St.Michielsgestel: 2 oude groten, 35 stuiver, ½ braspenning en 20 lopen rogge.

Willem belooft jaarlijks aan genoemde Goyaert 4 mud rog te betalen, maar hij kan deze verplichting altijd afkopen voor een prijs van 15 gouden peters (d.i. een soort gulden) per mud. Hij zal de hoeve betrekken te Pinksteren van het volgende jaar (1505). In augustus 1505 beloven ‘de kerckmeester der fabrycke (= kerkbestuur) van Boxtel’ hem jaarlijks te betalen ‘9 hollanse platke’.(2) Kennelijk heeft hij grond afgestaan of iets dergelijks.

Dat het goed gaat met Willem blijkt uit het feit dat hij in 1506 al 3 van de 4 mud rog die hij jaarlijks moet betalen heeft afgekocht.(3)  Het recht op de overblijvende mud wordt door de eigenaar verkocht, waarbij een afkoopbedrag van 40 gouden peters genoemd wordt.(4)  Twee jaar later treedt Willem op ‘als man ende mommer van Lysbette syns wyfs, wittelycke dochtere Art Herman Appelen’.(5) In deze akte verkoopt hij samen met een zwager een erfelijke mud rog aan een andere zwager. Hierbij loopt verder zijn voogdijschap af over twee kinderen van wijlen Jacop van de Biechelaer. Deze kinderen bedanken hem voor de goede behartiging van hun zaken.

Langs de toegangsweg naar zijn erf in Onrode staan 4 eiken die aan zijn buurman Aert Joest Neckeren toebehoren.(6)  Willem wil daar de volledige beschikking over hebben en hij koopt ze dan ook met de uitdrukkelijke voorwaarde, ‘datse Willem sal mogen laten staan wassen also lange alst hem gelieve sal, ende afhouwen nae sinen wille sonder toesegge van yemanden, ende datter Art tot ghene dage en sal mogen poten’. De schuur van Willem vormde kennelijk ook een bron van onenigheid, want er wordt verder opgetekend ‘dat die scure Willems sal blijven staen op die plaetse daer sy nu steet ende haren osendrop houden sonder toeseggen van Art oft yemant anders’. In hetzelfde jaar (1509) koopt ‘Willem Henrix Zanttegoeten een stuck lants, een sestersaet off daerontrent begrypend, gelege in die prochie van Boxtel, ter plaetse geheyte Onrode’.(7)  In 1510 krijgt Elias Colen in Onrode een toegangsweg naar zijn land, waarbij ook Willem betrokken is.(8)

Het wordt nu 1517 alvorens ‘een ackerlants geheyte den Ralfsacker, gelegen in die prochie van Boxtel tot Onrode, …., item noch een huyske mytte acker hem aenliggend, drie lopenzaets off daerontrent begrypend, gelege aldaer, deen zyde erffenisse des copers,’ door Willem wordt gekocht.(9) Voor deze acker moet jaarlijks aan het capittel in Den Bosch 12 lopen gerst geleverd worden. Op het huisje rust een last van een ouden groot ende ses lopen erfrogge met nog een malder erfrogge. Het jaar daarop ruilt hij in Onrode zijn ‘Hoeckacker’ tegen een stuck land ter grootte van een lopensaet, wat al aan twee zijden aan zijn eigendom grenst.(10) Deze transacties zijn een soort ruilverkaveling om een gunstige ligging van het bezit te verkrijgen.

In 1520 belooft hij 10½ rijksgulden af te lossen:
‘Willem Henrix Zanttegoetsz promisit ut debitor principalis super se et bona sua omnia hereditata et habenda, te geven ende te betalen Dirxke, wittege huysvrouwe Jan Matheeussen op Ons Vrouwendach Visitationes (= 2 juli) naestcomende over een jaer: thien ende een halven ryxgulden, tstuck van xx stuver. Actum coram me tamquam mo.rio et Henrico filio dicti Wilhelmi et Theodoro filio Theodori de Ahorst’.

Boxtel R.A.60 f.165          26 mei 1520

In deze akte wordt zoon Henrick als getuige genoemd

In de tien jaar die hierna komen is niets over Willem bekend. Misschien heeft hij meegeholpen om in 1527 de Geldersen te verdrijven uit de Meierij in de slag die plaats vond bij Heeze en Leende. In ieder geval heeft hij in de daaropvolgende jaren te maken gekregen met misoogsten, hongersnood en epidemieën. In 1531 pacht hij voor dertig stuiver per jaar een ‘buender weyvelts'(11). Een maand later verpacht hij een huis met het erf, gelegen in Onrode, voor 37 stuiver (12), welke losbaar is voor 34 gulden.

‘Wyllem Santtegouts’ geeft in 1533 samen met enkele andere personen ‘een scepenbrieff van Lymd met allen macht ende actie hen daer in competerend, inhoudend van drie pont paeyments tstuck van soeve stuvers’ aan het ‘ghilde van den eerwerdyge Heyligen Sacraments tot Boxtel’ (13). In het jaar daarop verkoopt hij weer een pacht uit huis en erf in Onrode, ditmaal voor twee Karolus gulden. Deze erffelijke pacht kan worden afgekocht voor 40 van dezelfde guldens (14). Deze transactie, die op hetzelfde huis als boven betrekking lijkt te hebben, verricht Wyllem samen met ‘Henrick synen wyttege sone’. Samen verkopen ze in 1535 ook een erfelijke pacht van 2 gulden en 10 stuiver van en uit een ‘stuck bems geheyten: den Swaerten Pul’, welke pacht losbaar is met 11 gulden (15). Tegelijkertijd huurt hij van het capittel in Boxtel de helft van een stuk beemd, eveneens gelegen in Onrode, gedurende honderd jaar en dagen.

Voor het laatst komen we Willem tegen in een akte uit 1536, waarin hij een malder erfrogge tegoed blijkt te hebben, welke gelost mag worden voor 20 gulden. (16)


(1) Boxtel R. 58 f. 42v  (2) Idem f. 44   (3) Boxtel R.59, f. 8v   (4) Idem f. 12   (5) Idem f. 47   (6) Idem f. 62v   (7) Idem f. 65
(8) Idem f. 97v   (9) Boxtel R.60 f. 101   (10) Idem f. 132  (11) Boxtel R.61 f. 131   (12) Den Bosch R.1314 f. 306v 
(13) Boxtel R.61 f. 218v   (14) Idem f. 222   (15) Idem f. 239  (16) Idem f. 275